Noord-Brabants Archeologisch Genootschap


Onderzoek van de 2e Wereldoorlog
Verslag studiedag 10-04-2011

Verslag van de studiedag Onderzoek van de Tweede Wereldoorlog, gehouden in Nationaal Monument Kamp Vught op 10 april 2011, georganiseerd door de Archeologische Sectie van het Noordbrabants Genootschap i.s.m. Brabants Heem.


Opening

Het programma is nog uitgebreid met een lezing door prof. dr. A. Bosman (Gent), als dagvoorzitter treedt drs. Richard Jansen op. Na een welkomstwoord door de voorzitter van de Archeologische Sectie, ing. Peter van Nistelrooij krijgt om 10.10 uur de eerste spreker het woord.


Houdt het dan nooit op? Belang en betekenis van de Archeologie van de 2e Wereldoorlog

Als eerste spreekt Drs. Ruurd Kok (RAAP). Hij geeft een overzicht van het oorlogserfgoed in Noord-Brabant: linies (Peel-Raamstelling), vliegvelden en schijnvliegvelden die al snel na de bezetting werden aangelegd, "Splitterboxen", opslagruimtes, bomkraters, de resten van Kamp Vught, de vele sporen van Market Garden in de corridor door Oost-Brabant, het strijdtoneel van Kapelse Veer, enz. Hij noemt typische details zoals de Marokkaanse kruikjes (van Franse hulptroepen) en sporen van handgranaten als teken van nabijgevechten.

Dit alles kan veel informatie opleveren over stellingen en verdedigingswerken, uitrusting en persoonlijke bezittingen van militairen, over het dagelijks leven, de inzet van eenheden, soorten wapens en exacte locatie van acties. Wat is de betekenis hiervan? Het gaat om nieuwe kennis en om de educatieve betekenis. Dikwijls zijn er nog nabestaanden voor wie deze zaken een grote emotionele betekenis hebben. Het is ook een hulpmiddel bij het stichten van monumenten. Hoe moeten we verder? Er moet met veel partijen worden samengewerkt, combinatie van boven- en ondergronds onderzoek, laten zien van de ontwikkeling van het militaire landschap in de loop van de tijd. Waarderen en selecteren van informatie en bekijken wat er in situ bewaard kan worden. Duidelijk is dat we pas aan het begin staan van het archeologisch onderzoek van de sporen van WO2.


Archeologie van de Tweede Wereldoorlog in de praktijk. Voorbeelden uit Brabant

De tweede spreker is Drs. Jos van der Weerden (BAAC) met een lezing over de Acheologie van de Tweede Wereldoorlog. Na een inleiding bespreekt hij de opgraving Asten-Loverenbosch, een natuurgebied waar eind oktober 1944 een Engelse artilleriestelling heeft gestaan. Een onverwachte vondst waren Engelse kruitzakken, die dienden om door de lading te variëren, een variabele schootsafstand te maken. November 1944 was een heel natte maand, het is hier bovendien moerassig, vandaar dat dit vergankelijke materiaal hier redelijk goed bewaard is gebleven. Er waren ook sporen van een Duitse tegenaanval. Een andere opgraving vond plaats te Millheeze-Kreijtenberg, ook een laag, nat gebied dat verder archeologisch oninteressant is. Bij het begin van Market Garden hebben hier één dag Duitsers gezeten met een ongebruikte kanonsopstelling. Ze zijn weer snel vertrokken omdat ze dreigden te worden ingesloten. Conclusies: Oude verhalen worden bevestigd, zoals over neergestorte vliegtuigen. De overlevering wordt aangevuld en gecorrigeerd. Vergeten zaken worden herontdekt, onbekende feiten ontdekt.


De Luftwaffe onder de grond. Archeologische overblijfselen uit WO II in Eindhoven

De volgende spreker is Drs. Nico Arts (Gemeentelijk archeoloog Eindhoven). Hij vertelt over Flugplatz Eindhoven, later Welschap en illustreert dit met kaarten en luchtfoto's met bomkraters. Hij bespreekt de vondst van een afvalkuil, al een aantal jaren geleden, waaruit alle vondsten werden meegenomen, o.a. veel drankflessen. Achteraf is men daar erg blij mee. Er zitten bij dit vliegveld veel explosieven in de grond. Men ontdekte er de resten van een Flakstelling. Ook verder is het terrein archeologisch interessant, er is een urnenveld gevonden, middeleeuwse waterputten en militaria uit de Franse tijd. Hierna volgt de lunchpauze. Verdeeld over twee groepen krijgen we een rondleiding over een groot deel van Kamp Vught.


Samenwerking tussen (amateur-) historici en -archeologen ter bevordering van onze kennis over de Tweede Wereldoorlog

Na de lunch spreekt Wilco Vermeer (Stichting Informatie Wereldoorlog Twee) over de samenwerking tussen (amateur-) historici en -archeologen ter bevordering van onze kennis over de Tweede Wereldoorlog. Hij geeft een uitgebreide toelichting bij allerlei onderzoek door (amateur-)historici. Belangrijk is dat veel archieven pas recent toegankelijk zijn. Veel informatie is gekleurd. Stiwot heeft een uitgebreide website waarop alle herinneringsplaatsen, musea, monumenten en zelfs 50 000 gedecoreerden te vinden zijn. Er zijn veel contacten met detectormensen, er zijn slagveldtours, voorlichting en archivering en veel internationale contacten. Er wordt voorlichting gegeven op scholen en elders. Spreker toont veel foto's met vergelijkingen van situaties vroeger en nu. Schatgraverij is een probleem. Tenslotte vermeldt hij de samenwerking met veel andere organisaties zoals in het Platform bodemonderzoek Tweede Wereldoorlog.


Kamp Amersfoort. Opgraving van een "schuldig landschap"

Drs. Ivar Schutte (RAAP) geeft een uiteenzetting over concentratie- en vernietigingskampen. Als voorbeelden bespreekt Schutte Belzec, waar heel weinig van bekend is, Sobibor waar onderzoek is gedaan d.m.v. proefputten. Ook Mauthausen en Sachsenhausen (waar ook een soort prominentenkamp is geweest met o.a. Leon Blum)komen aan de orde.

In Nederland hadden we Westerbork, Amersfoort en Vught. Amersfoort, oorspronkelijk een Nederlands mobilisatiekamp, is het enige waar archeologisch onderzoek heeft plaatsgevonden; bureauonderzoek en opgravingen op een deel van het terrein. Hierover is pas een Raap-rapport verschenen. Van de bebouwing is weinig over, de opgraving van oude loopgraven heeft weinig vondsten opgeleverd. De loopgraven zijn gereconstrueerd. Bij de stellingen van de luchtafweer is geen bewijs van gebruik gevonden. De conclusie is dat er heel veel is afgebroken en dat er ook in de bodem weinig is bewaard. De betekenis ligt nu vooral in de herinnering en het gedenken. Schutte verwijst nog naar het boek van Roekl Hijink: Duitse kampen in Nederland. Daarin komen voor het eerst ook de zgn. Aussenstellen in beeld.


Zoek je mot? Kennis en kunde in de archeologie van strijdtonelen

Als laatste spreekt Prof. dr. Arjen Bosman (Universiteit van Gent) over kennis en kunde in de archeologie van strijdtonelen. Hij vertelt over de toenemende aandacht voor de archeologische sporen van WO2, over zijn website m.b.t. de Nederlandse krijgsmacht t/m de meidagen van 1940. In ieder archeologisch onderzoek moeten sporen en vondsten uit WO2 minstens gedocumenteerd worden terwijl ze tot voor kort dikwijls alleen als recente verstoring werden gezien. Hij wijst op het belang van het opnemen in de archeologische opleidingen van kennis van de archeologie van WO2 en op het belang van samenwerking met krijgshistorici, militairen, de EOD, de oorlogsgravendienst en met allerlei amateurs. Er is nog heel veel te doen.


Sluiting

De dag wordt besloten met een forum waarin de sprekers vragen beantwoorden en discussiëren. Er waren zo'n 70 deelnemers.

Gérard de Laat, namens de Archeologische Sectie van het NBG